Feitelijk leidinggevende veroordeeld voor BTW-vooraftrekfraude

Rechtbank Rotterdam 11 februari 2025, ECLI:NL:RBROT:2025:2591

De rechtbank heeft een verdachte veroordeeld voor het opzettelijk doen van onjuiste BTW-aangiften en het verstrekken van valse facturen aan de Belastingdienst. Als feitelijk leidinggevende van twee bedrijven heeft de verdachte bewust onjuiste aangiften omzetbelasting laten indienen om ten onrechte teruggaven van de Belastingdienst te ontvangen. Het totale benadelingsbedrag bedroeg circa €570.000.

Lees verder >
Share
Print Friendly and PDF ^

Duikinstructeur veroordeeld voor dood door schuld na fataal duikongeval

Rechtbank Midden-Nederland 26 februari 2025, ECLI:NL:RBMNE:2025:742

Een ervaren duikinstructeur wordt verweten dat hij aanmerkelijk onvoorzichtig, onoplettend en onachtzaam heeft gehandeld bij het begeleiden van een leerling tijdens een duik in Vinkeveen. De leerling, die nog bezig was haar duikbrevet te behalen, is als gevolg van een te snelle opstijging overleden aan een arteriële gasembolie. De verdachte was zich als instructeur bewust van de risico’s, maar heeft deze onvoldoende in acht genomen.

Lees verder >
Share
Print Friendly and PDF ^

BFT start onderzoek naar adviseurs van horecaondernemingen

Het BFT gaat voor dit themaonderzoek een aantal adviseurs selecteren en beoordelen of zij hun rol als poortwachter bij hun klanten naar behoren vervullen. Het BFT gaat contact opnemen met de geselecteerde adviseurs met specifieke vragen over hun klant(en). De betrokken Wwft-instellingen ontvangen individueel terugkoppeling van het BFT over de resultaten van het onderzoek.

Lees verder >
Share
Print Friendly and PDF ^

Artikel: Hobbels en oneffenheden in de Pikmeer-rechtspraak

Onderwerp van deze bijdrage is de immuniteit van lagere overheden. In het Pikmeer II-arrest heeft de Hoge Raad het kader ter beoordeling van de immuniteit van lagere overheden ter zake van door hen verrichte gedragingen uiteengezet: immuniteit van een openbaar lichaam als bedoeld in hoofdstuk 7 van de Grondwet – lagere overheden behoren tot deze categorie – dient slechts dan te worden aangenomen ‘als de desbetreffende gedragingen naar hun aard en gelet op het wettelijk systeem rechtens niet anders dan door bestuursfunctionarissen kunnen worden verricht in het kader van de uitvoering van de aan het openbaar lichaam opgedragen bestuurstaak, zodat uitgesloten is dat derden in zoverre op gelijke voet als het openbaar lichaam aan het maatschappelijk verkeer deelnemen’.

Lees verder >
Share
Print Friendly and PDF ^

Het zwijgrecht uit artikel 6 EVRM bij de bestuurlijke boete

De bestuurlijke boete is een criminal charge, dus moet het boeteproces ook eerlijk zijn in de zin van artikel 6 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Daarbij hoort het zwijgrecht en breder: het recht niet te worden gedwongen tegen zichzelf te getuigen of een bekentenis af te leggen, het nemo tenetur-beginsel. Wanneer een strafzaak tegen een verdachte begint mag deze direct zwijgen, dat is qua nemo tenetur wel overzichtelijk. In het financiële bestuursrecht wordt echter primair gehandhaafd met het oog op herstel en tijdens een onderzoek in die fase geldt tegenover toezichthouders een medewerkingsplicht en geen zwijgrecht. Hoe wordt dan toch dit beginsel gewaarborgd, als later een boete volgt? Kort en goed: toezichthouders kennen bij een boeteverhoor het zwijgrecht toe en zullen eerder onder dwang afgelegde verklaringen uitsluiten van gebruik bij de boete. Dit laatste heet de reflexwerking van het zwijgrecht en volgt al uit het arrest Saunders dat het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) in 1996 wees.

Lees verder >
Share
Print Friendly and PDF ^