HR vat hoofdlijnen eendaadse samenloop, meerdaadse samenloop en voortgezette handeling samen

Hoge Raad 29 juni 2021, ECLI:NL:HR:2021:1028

Voor de eendaadse samenloop komt het vooral aan op de vraag of de bewezenverklaarde gedragingen in die mate een samenhangend, zich min of meer op dezelfde tijd en plaats afspelend feitencomplex opleveren dat de verdachte daarvan (in wezen) één verwijt wordt gemaakt. Voor de voortgezette handeling komt het erop aan of de verschillende bewezenverklaarde, elkaar in de tijd opvolgende gedragingen (ook met betrekking tot het “wilsbesluit”) zo nauw met elkaar samenhangen dat de verdachte daarvan (in wezen) één verwijt wordt gemaakt.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Is sprake van aantasting in persoon ‘op andere wijze’ a.b.i. art. 6:106 sub b BW, die het gevolg is van bewezenverklaard feit?

Hoge Raad 15 juni 2021, ECLI:NL:HR:2021:889

Het cassatiemiddel klaagt dat het hof in strijd met het bepaalde in artikel 330 van het Wetboek van Strafvordering niet heeft beslist op het verzoek van de verdediging om de benadeelde partij benadeelde op grond van artikel 361 lid 3 Sv niet-ontvankelijk te verklaren in zijn vordering omdat de behandeling van de vordering een onevenredige belasting van het strafgeding zou opleveren.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Verduistering: wanneer worden geldbedragen “onder zich” gehouden?

Hoge Raad 15 juni 2021, ECLI:NL:HR:2021:847

De eerste deelklacht luidt dat uit de bewijsmiddelen niet kan worden afgeleid dat de verdachte de geldbedragen ‘onder zich heeft gehad’ en zich deze ‘(wederrechtelijk) heeft toegeëigend’. Daartoe betoogt de steller van het middel dat namens de verdachte ter terechtzitting in hoger beroep is aangevoerd dat de verdachte uit hoofde van zijn functie als financieel manager geen betalingen kon doen. De verdachte kon enkel facturen in het betalingssysteem klaarzetten, maar betaling kon eerst plaatsvinden nadat deze facturen door Betrokkene 6, (destijds) algemeen directeur en aandeelhouder van A B.V., waren geaccordeerd.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Raadsman heeft één schriftuur ingediend voor straf- en ontnemingszaak: bevat schriftuur in ontnemingszaak cassatiemiddel a.b.i. de wet?

Hoge Raad 15 juni 2021, ECLI:NL:HR:2021:846

Als cassatierechter onderzoekt de Hoge Raad alleen cassatiemiddelen (klachten) als in de wet bedoeld. Als een zodanig cassatiemiddel kan alleen gelden een stellige en duidelijke klacht over de schending van een bepaalde rechtsregel en/of het verzuim van een toepasselijk vormvoorschrift door de rechter die de bestreden uitspraak heeft gewezen. De schriftuur voldoet niet aan dit vereiste.

Read More
Print Friendly and PDF ^

HR herhaalt relevante overwegingen post-Keskin

Hoge Raad 22 juni 2021, ECLI:NL:HR:2021:959

De hoofdregel wordt meer en meer dat een getuige die een belastende verklaring over de verdachte heeft afgelegd bij de politie nogmaals gehoord moet worden in het bijzijn van de verdediging. Dat is de ontwikkeling die het Keskin-arrest van het EHRM in gang heeft gezet. Zo ook in deze zaak waarin de verdediging het voorwaardelijke verzoek deed een slachtoffer van een vechtpartij in een Amsterdamse discotheek nogmaals te horen. De Hoge Raad oordeelt dat dit verhoor wel had moeten plaatsvinden. Het is een belangrijke ontwikkeling, zeker als wordt bedacht dat de kern van een eerlijk proces wordt gevormd door de mogelijkheid voor de verdediging om de betrouwbaarheid van belastend verklarende getuigen zelf vast te stellen.

Read More
Print Friendly and PDF ^