Geen ontvankelijk cassatiemiddel bij algemene klacht over motiveringsgebreken

Hoge Raad 27 mei 2025, ECLI:NL:HR:2025:824

De verdachte is door het hof veroordeeld tot een taakstraf van 60 uur wegens mishandeling van een hond in strijd met artikel 2.1 lid 1 Wet dieren. Ook zijn prikbanden onttrokken aan het verkeer. In cassatie is geklaagd dat het hof cruciale informatie uit het dossier en het verweer van de verdachte heeft genegeerd. De Hoge Raad oordeelt echter dat de ingediende schriftuur geen geldig cassatiemiddel bevat. Bovendien is het stuk niet op de juiste wijze en binnen de wettelijke termijn ingediend. Het beroep wordt daarom niet-ontvankelijk verklaard.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Struikelblok bij de grens: onvoldoende motivering opzet bij invoer krokodillenleer

Hoge Raad 27 mei 2025, ECLI:NL:HR:2025:811

De verdachte heeft tijdens een verblijf in Thailand producten van krokodillenleer gekocht en laten verschepen naar Nederland, zonder dat vooraf een CITES-invoervergunning was overgelegd. Hij werd door het hof veroordeeld voor opzettelijke invoer in strijd met artikel 3.37 Wet natuurbescherming. De verdediging stelde dat de verdachte erop vertrouwde dat de verkoper de vereiste vergunningen zou regelen. De Hoge Raad oordeelt dat het hof onvoldoende heeft gemotiveerd dat sprake was van (voorwaardelijk) opzet op het ontbreken van de vergunning. Daarmee slaagt het cassatiemiddel. De zaak wordt terugverwezen naar het hof Den Haag voor nieuwe beoordeling.

Read More
Print Friendly and PDF ^

AG: art. 23 WED laat meer toe dan slechts zoekend rondkijken

Parket bij de Hoge Raad 13 mei 2025, ECLI:NL:PHR:2025:517

Opsporingsambtenaren troffen cocaïne aan in een auto nadat zij op grond van artikel 23 WED de bodemplaat in de kofferbak optilden. De verdediging stelde dat dit een onrechtmatige doorzoeking betrof, omdat de WED enkel zoekend rondkijken zou toestaan. De procureur-generaal concludeert echter dat de WED ruimere onderzoeksbevoegdheden biedt dan alleen visuele inspectie. Het optillen van de bodemplaat valt daar volgens hem onder, mits niet verder gegaan wordt dan redelijkerwijs nodig is. Het hof oordeelde terecht dat geen sprake was van een doorzoeking.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Herzieningsverzoek na afwijzing ontneming opnieuw zonder succes

Hoge Raad 27 mei 2025, ECLI:NL:HR:2025:815

De verdachte is eerder veroordeeld voor faillissementsfraude en schuldwitwassen en verzoekt opnieuw om herziening. Hij beroept zich op een recente uitspraak in een ontnemingszaak waarin de vordering tot ontneming is afgewezen. Volgens hem zijn de uitspraken tegenstrijdig en zou bij bekendheid met het lage benadelingsbedrag een lagere straf zijn opgelegd. De Hoge Raad oordeelt dat een beslissing in een ontnemingszaak geen bewezenverklaring is en dat een lagere opgelegde straf geen minder zware strafbepaling vormt. Beide gronden worden verworpen. De herzieningsaanvraag is kennelijk ongegrond en wordt afgewezen.

Read More
Print Friendly and PDF ^

Dodelijk arbeidsongeval met ondeugdelijke heftruck: Hoge Raad laat veroordeling voor feitelijk leidinggeven in stand

Hoge Raad 22 april 2025, ECLI:NL:HR:2025:631

De Hoge Raad bevestigt dat voor een veroordeling op grond van artikel 32 Arbeidsomstandighedenwet kleurloos opzet volstaat. Het opzet hoeft niet gericht te zijn op de wederrechtelijkheid van de gedraging, maar slechts op het nalaten van noodzakelijke veiligheidsmaatregelen. In dit geval was de directeur zich bewust van de gebrekkige staat van de heftruck en het ontbreken van instructies, en liet hij desondanks de werkzaamheden doorgaan. Daarmee ligt het opzet op het nalaten besloten. De veroordeling blijft in stand, met strafvermindering wegens termijnoverschrijding.

Read More
Print Friendly and PDF ^